|
Dirk van Schaik kon twee keer winnen
Eric van Dusseldorp
Topwedstrijden in de ereklasse, hoe vaak eindigen ze niet in 11-9, 10-10 en 9-11? En hoe vaak wordt dan achteraf niet geconcludeerd dat met iets meer geluk de uitslag heel anders had kunnen zijn? Dit soort wedstrijden zijn inderdaad erg ‘close’ en een enkele foutje in een van de dampartijen kan beslissend zijn voor. . . ja zelfs voor de landstitel.
In de vijfde ronde was er de wedstrijd tussen Meurs Denk en Zet (Culemborg) tegen Van Sticht Thans (Schiedam). Uitslag: 11-9 voor het Gelderse team dankzij een overwinning van jeugdwereldkampioen Pim Meurs op Frits Luteyn. Alle overige duels eindigden in een puntendeling. In de partij E. Watoetin – D. van Schaik jr. had de uitslag geen 1-1 hoeven zijn. Normaal zou men de Witrussische grootmeester de beste kansen toedichten om de partij te winnen, maar het zou anders lopen. Dirk van Schaik had de partij tot twee keer toe kunnen beslissen, maar dan wel op twee totaal verschillende manieren.
Zwart: D. van Schaik jr. - Wit: E. Watoetin
1. 31-27, 19-23; 2. 33-28, 17-22; 3. 28x17, 11x31; 4. 36x27, 14-19; 5. 39-33, 10-14; 6. 33-28, 20-24; 7. 41-36, 7-11; 8. 37-31, 11-17; 9. 44-39, 6-11; 10. 34-30, 14-20; 11. 30-25, 1-6; 12. 25x14, 9x20; 13. 39-33, 4-9; 14. 50-44, 5-10; 15. 44-39, 17-22; 16. 28x17, 11x22; 17. 46-41, 10-14; 18. 31-26, 22x31; 19. 36x27, 12-17; 20. 41-36, 17-22; 21. 47-41, 22x31; 22. 36x27, 2-7; 23. 42-37, 7-11; 24. 48-42, 11-17; 25. 49-44, 24-29; 26. 33x24, 20x29; 27. 37-31, 17-22; 28. 41-36, 8-12; 29. 39-33,. . . Zie diagram.
29. . ., 14-20; 30. 33x24, 20x29; 31. 44-39, 9-14; 32. 39-34, 22-28; 33. 42-37, 28-33; 34. 34-30, 33x42; 35. 37x48, 29-33!; Natuurlijk, thematisch! 36. 43-39, 33x44; 37. 40x49, 15-20; Zwart lijkt prima te staan, maar toch komt de Wit-Rus nog heel ver.
38. 49-44, 12-17; 39. 45-40, 3-8; 40. 44-39, 8-12; 41. 39-33, 17-22; 42. 40-34, 12-17; 43. 33-29, 6-11; 44. 48-43, 22-28; 45. 43-39, 28x37; 46. 31x42, 20-25; 47. 42-37, 17-22?; Aangewezen is (23-28) 48. 37-32, 22x31; 49. 26x37?, Beter is 36x27 met grote winstkansen voor wit. 49. . .11-17; Op dit moment, dus voor de bevrijdende 50e zet, viel de witte vlag. Niemand deed echter wat en ook de arbiter greep niet in. Zo liep Van Stigt Thans een reglementaire 2-0 en een 10-10 eindstand mis. Nu liep het alsnog remise. 50. 37-31, 17-21; 51. 31-27, 21-26; 52. 30-24, 19x30; 53. 35x24, 14-20; 54. 24x15, 25-30; 55. 34x25, 23x43; en de spelers kwamen een puntendeling overeen. Dirk van Schaik liep dus een overwinning mis. Pas enkele dagen na afloop van de wedstrijd vond de computer dat hij zijn grootmeesterlijke tegenstander ook nog op een sportieve manier had kunnen verslaan. We keren daartoe terug naar de diagramstand.
Watoetin loopt erachter met 39-33. Natuurlijk kent hij de thematische manoeuvre als bijvoorbeeld schijf 3 op 8 staat: (22-28!) 33x22 (29-33) gevolgd door (16-21, 18x47). Maar ook in de diagramstand is er winst mogelijk, via een dubbeloffer: (15-20)!! 33x15 (22-28!!) 42-37A (23-29) 32x34 (14-20) 15x24 (19x50)! A: Het zal duidelijk zijn dat de plakker 10-5 ook snel verliest.
Oplossing vorige opgave. Auteur: R. de Jong. Zwart: 1, 2, 5, 7, 9, 16, 19, 24, 28, 29, 30, 33, 34, 35, 36 / Wit: 6, 15, 20, 21, 27, 31, 37, 38, 41, 42, 43, 44, 45, 46, 47, 49. Wit wint door 22 (26), 439, 39, 42, 43, 3, 40, 10, 50 (12) 45 en er is een aardige situatie ontstaan. Stel dat zwart geen tempo hoeft te maken en wit dus moet slaan. Er volgt dan 7 (11) 17 (21) 26 (7) 21 (12) en het bijtrekkertje 17 en 41. Zwart moet echter wel een tempo maken, maar voor het verloop maakt het bar weinig uit: (21) 7 (11) 26 (7) 21 etc. De zet 43 is een tweegever over de damlijn. In de hoogtijdagen van de scherpe regels waren eigenlijk alle tweegevers verboden, behalve die over de damlijn en daarnaast in het motief. Tegenwoordig is men -kennelijk- minder streng en leiden tweegevers sowieso niet meer automatisch tot afkeuring. Maar het probleem van Rens de Jong is dus altijd correct geweest.
De nieuwe opgave is er een van P. Kuijper uit Hoorn. Zie diagram. Wit begint en wint.
|