A-typische winstgang in eindspel
Eric van Dusseldorp
Een wereldkampioen uit het verleden. Na verloop van tijd verschijnt er altijd wel een boek over zo’n man. En als dat niet gebeurt, dan schrijft die wereldkampioen uit het verleden gewoon een boek over zichzelf.
Dat laatste deed de Rus Wajtsjeslaw Sjtsjocholjew, die in 1960 en 1964 de hoogste mondiale damtitel veroverde. Het heeft jaren geduurd, maar het langverwachte boek is dan eindelijk toch op de markt verschenen. Het bevat de complete verzameling winstpartijen van de Moskoviet uit het kampioenschap van de Sowjet-Unie van eind jaren 50 tot begin jaren 90 van de vorige eeuw, voorzien van annotaties en/of korte analyses. Het is een werkje geworden dat eigenlijk niet mag ontbreken in de boekenkast van iedere damliefhebber. Een kleine selectie.
Zwart: W. Sjtsjocholjew – Wit: E. Pomeranetsj
Zie diagram. Uit het NK USSR 1976.
Typisch zo’n standje dat in de ereklasse van de bondscompetitie zou kunnen voorkomen. Meestal wordt het dan remise, ondanks het nadeeltje (schijf 25) dat wit heeft. Sjtsjocholjew vindt evenwel een fraaie manier om oorlog te creëren. 34..., 15-20!; Op weg naar veld 25 om daarmee schijf 45 te fixeren. Op 34-39, x29 volgt uiteraard (2-7). Wit moet (20-25) gewoon maar toelaten, maar Pomeranetsj houdt niet van dit soort fratsen en besluit spijkers met koppen te slaan. 35. 34-30, 24-29!; Ongetwijfeld een verrassing. Op 30-24 volgt het fraaie (29-33) en altijd (2-7), (4-10), (7-11) en (17x39); Op 30-25 volgt (29-34) met voordeel voor zwart, ook omdat 35-30 verhinderd is door een kleine combinatie. De witspeler verzon daarom iets anders. 36. 26-21, 17x26; 37. 30-24,. . . maar kwam ook nu in het nadeel. 37. . ., 29-33; 38. 24x15, 2-7; 39. 38x29, 18-22; 40. 27x18, 12x34; De clou is dat op 42-38 (16-21!) volgt. Na 43-39, 38x49 komt (26-31!) en wit ontkomt uiteindelijk niet aan verlies. 41. 32-27, 8-12; 42. 42-38, 12-17; 43. 41-37, 7-12; 44. 38-33, 12-18; 45. 33-28, 14-19; 46. 43-38, 18-23; Voor de hand ligt (34-39), maar Sjtsjocholjew vraagt zich terecht af of zwart dan nog wel wint na 45-40 (19-24) 37-32 (17-21) 40-34 (39x30) 38-33 (30-34) 28-22 (18-23) 33-28. 47. 37-32, 16-21; 48. 27x16, 26-31; 49. 38-33,. . .
Geen remise wordt het na 28-22 (17x37) 16-11 (37-41) 11-7 (41-47!) 38-32 (19-24) en nu op 7-1 de finesse (34-40!) gevolgd door (47-41) en na 7-2 gaat zwart na (24-29) wel winnen. 49. . ., 31-37; 50. 32x41, 23x32; 51. 41-36, 32-37; 52. 36-31, 37x26; 53. 35-30, 34x25; 54. 33-28,. . . De meeste dammers zouden nu (26-31) spelen en dan maar kijken of het wint. Sjtsjocholjew pakt het echter op een wel heel a-typische manier aan. 54. . .25-30 (!); 55. 45-40, 19-24 (!); 56. 40-35, 26-31; 57. 28-22, 17x28; 58. 16-11, 31-37; 59. 11-7, 37-42; 60. 7-2, 42-48; 61. 2-16, . . . Van wezenlijk belang is de volgende variant: 2-11 (28-32) 11-16 –want op 11-33 volgt (48-26-3!)- (32-37) 16-38 (37-41!) 38x20 (41-46!) 35x24 (48-25!) Deze fraaie slotstand moet Sjtsjocholjew al berekend hebben toe hij de op vierenvijftigste zet (25-30) speelde!
61. . ., 28-33; 62. 16-21, 48-26; 63. 21-3, 33-38; 64. 3-14,. . . Op 3-20 was weer een bijzonder fraaie winst gevolgd: (26-42) 20x29 (4-9!) 35x24 (42-47) 29x42 (47x20) 15x24 (9-14) met oppositie. 64. . ., 38-42; 65. 14-23, 42-47; Wit geeft het op.
Het boek heeft een nadeel: het is geschreven in het Russisch. Maar de partijen en zelfs de analyses zijn goed te volgen door de notaties en de diagrammen. Een hebbeding zowel voor wedstrijdspelers als damverzamelaars
De prijs is 20 euro en het boek kan besteld worden door het overmaken van euro 22,60 (inclusief verzendkosten) op girorekening 4600280 ten name van Hiltex in Amsterdam. Sjtsjocholjew heeft in de herfst van zijn damcarrière niet meer de voorrechten die hij vroeger als grootmeester in de USSR wel had dus hij kan wat harde euro’s goed gebruiken.
De oplossing van de vorige opgave, auteur J. Bus (zwart: 6, 12, 13, 14, 18, 23, 24, 28, 29, 35, 36 / wit: 21, 25, 26, 27, 32, 37, 38, 41, 42, 43, 49, 50): 16, 33, 38, 494, 40, 10 (30, 40) 4! (45) 22 (50) 328, 27, 17, 7.
Ook de nieuwe opgave is van J. Bus. Zie diagram. Wit begint en wint.
|