Het
was weer gezellig in Mokum door
Eric van Dusseldorp Het
Amsterdam Paastoernooi is een van de oudste particuliere damevenementen in
Nederland dat nog bestaat en wordt al sinds jaar en dag in de krochten van
denksportcafé De Twee Klaveren afgewerkt. Het begon allemaal in 1981 met
een toernooi dat weliswaar een open inschrijving kende, maar waarin de
spelers naar speelsterkte in meerdere groepen werden ingedeeld. Niet veel
later is men overgegaan op de bekende formule van iedereen in een grote
groep met toepassing van het Zwitsers systeem. Het
is altijd een toernooi geweest dat het zonder grote sponsors heeft moeten
stellen. In de regel ontbreken spelers uit de wereldtop, maar subtoppers
die gezelligheid minstens even belangrijk vinden als geldprijzen, maken
steevast ieder jaar hun opwachting. Nou ja, steevast… Soms wordt er een
paar jaar overgeslagen, maar dan kriebelt het typische paastoernooigevoel
weer en vervolgens staan de heren en soms enkele dames weer bijtijds voor
de deur van De Twee Klaveren. De
aflevering van 2013 was een spannende. De winnaar van vorig jaar,
internationaal grootmeester Hein Meijer, leek op prolongatie af te
stevenen, zeker toen in de slotronde zijn tegenstander Maikel Palmans een
omsingeling op touw begon te zetten. Omsingelen moet je tegen Hein Meijer,
een van Nederlands sterkste aanvalspelers, nooit doen. Maar van de
omtrekkende bewegingen die Palmans op het bord bracht kon Meijer ongedacht
niet profiteren waarna deze zelf naar remise moest afwikkelen. Concurrent
Cor van Dusseldorp deed wat hij moest doen, won van Krijn ter Braake en
werd daardoor ongedeeld eerste. Beste
student was Heike Verheul, die de gerenommeerde dammers Hin Wong en Mike
Koopmanschap voorbleef. Verheul is daarmee de eerste vrouwelijke
studentenkampioen van Nederland. Enkele
zeer(!) luchtige fragmenten. Wit: M. de Block – Zwart: R. Coster
Zie
diagram. Roy Coster heeft met zwart
een mooie aanval opgezet tegen de sterkere Menno de Block. Toch had de
witspeler hier kunnen winnen door, in plaats van 39-34, 30-24! te spelen.
Na (29x20) volgt dan 37-32 (28x48) 39-34 (48x30) 35x4! Een zevenklapper,
dat maakt een dammer misschien maar een keer in zijn leven mee. Wit: L. Langerak - Zwart: R. Moerlie
Zie
diagram. In de opening was de zwartspeler erin geslaagd om in het Zetje
van Lochtenberg te lopen. Maar na het gespeelde 45-40??,… won hij met
een schijf minder alsnog de partij: 31…, 14-20; 32. 25x14, 3-9; 33.
14x3, 36-41!; 34. 3x28, 41x45; Voor
sommige spelers moeten de nachtelijke uurtjes in Mokum wel erg gezellig
geweest zijn. Dat bewijst onder andere de volgende Kurzpartie waarin
dammers met toch een heel behoorlijke reputatie liefst vier afzichtelijke
blunders maken. Wit: M. de Block – Zwart: E. Sanders
1.
33-29, 18-22;
2. 31-26, 19-24; 3. 38-33,
12-18; 4. 37-31, 7-12;
5. 32-27??,… Zwart kan nu snel winnen door het simpele (22-28) 33x22 (24x33) 39x28 (17-21) 26x17 (12x23). 5…, 1-7??; Zwart ziet het niet! 6. 41-37??,… En wit ziet het nog steeds niet. De combinatie kan uit de stand gehaald worden door 34-30 of 42-38. 6…, 22-28!; Zwart heeft een helder moment! 7. 33x22, 24x33; 8. 39x28, 17-21; 9. 26x17, 12x23; 10. 31-27, 14-19; 11. 44-39, 10-14; 12. 50-44, 8-12; 13. 34-29, 23x34; 14. 39x30, 19-23; 15. 44-39, 14-19; 16. 42-38??,… Nog maar weer een blunder. De vierde van de partij en de derde van de witspeler. 16…, 19-24; en Menno de Block wachtte het vervolg niet meer af. Oplossing
van de vorige opgave (S. Perepelkin): wit:
17, 21, 28, 32, 33, 34, 35, 37,
38, 40, 41, 42, 46 / zwart: 8,
10, 12, 14, 16, 18, 19, 20, 24, 25, 26, 27, 36, 45: Wit wint door 37-31
(26x48) 28-22 (36x47) 22x2 (48x30) 17x8 (45x34) 46-41 (47x36) 33-29
(24x42) 35x4 (27x38) 8-3 (16x27) 2x20 (25x14) 3x47. Een geweldige
compositie van een van ’s werelds beste problemisten. Drie witte dammen
op het bord is in een slagprobleem een grote zeldzaamheid. Composities van Sergej Perepelkin smaken naar meer. Daarom nog maar een probleem van hem, eveneens een inzending voor de Wereldkampioenschappen problematiek 2012. Zie diagram. Wit begint en wint.
|