De Championscup, het Europese kampioenschap voor clubviertallen, die dit jaar in het Italiaanse Varazze werd gehouden, is -zoals verwacht- een succes geworden voor het Russische Udmurtfneft Izjevsk. Maar het sterrenteam, bestaande uit Tsjizjow, Valneris, Tsjecholew en Kirzner, dus met drie wereldkampioenen in de gelederen, had niet eens zoveel bordpunten meer dan het Nederlandse Huissen (tweede) en het Italiaanse Varazze (derde).

Men kan zich wederom afvragen wat de waarde is van zo’n Europees clubkampioenschap. Twee jaar geleden deed er nog een -niet bestaande- damclub Salou mee met een viertal bestaande uit drie Nederlandse vakantiegangers -wel topspelers overigens- en een Spanjaard die amper een witte van een zwarte schijf kon onderscheiden. Ook de winnaar van dit jaar lijkt een samenraapsel van vier sterke spelers, twee uit Rusland, één uit de Oekraïne en één uit Letland. Of zouden de vier heren daadwerkelijk iedere week de clubavond van Udmurtfneft Izjevsk bezoeken?

Ook het -overigens verrassend sterk acterende- Italiaanse clubteam Varazze lijkt een gelegenheidscombinatie van de vier sterkste dammende Azzuri van dit moment.

Het lijkt daarom een beter idee om, naar het voorbeeld van de schakers, een Olympiade voor landenteams te houden. Ieder damland stuurt zijn beste vier spelers en dan een ronde of tien ‘Zwitsers’.

Misverstanden over wat her en der in de wereld als een ‘damclub’ wordt beschouwd zijn dan definitief van de baan.

Ditmaal aandacht voor de verrassende prestaties van de Italianen. Het oerdegelijk, maar niet onnodig defensief, opererende viertal Borghetti, Bubbi, Raimondi en Berte bleef in liefst 19 van de 20 gespeelde partijen ongeslagen.

Zwart: M. Borghetti – Wit: P. Chmiel

Uit de wedstrijd Varazze (Italië) – Szczettin (Polen). Gespeeld was 43-38? Er volgde een soort Coup Royal: 26 . . ., 22-27!; 27. 33x31, 21-27; 28. 31x22, 18x27; 29. 29x20, 15x31; 30. 32x21, 16x27; 31. 46-41, . . . In de tijd die wit kwijt is aan het terugwinnen van de schijf, bouwt zwart aan een strategisch gewonnen positie. 31 . . ., 12-18; 32. 47-42, 8-13; 33. 41-37, 13-19; 34. 37x26, 19-23; 35. 42-38, 23-28; 36. 49-43, 3-9; 37. 48-42, 9-13; 38. 42-37, 13-19; 39. 43-39, 19-24; 40. 37-31, 18-22; 41. 38-33, 28-32; 42. 34-29, 32-38! en wit gaf het op.

Zwart: M. Borghetti – Wit: D. Kouassi

Uit de wedstrijd Varazze – Damier Parisien (Frankrijk). Djedje Kouassi is geen onbekende dammer. Tijdens het wereldkampioenschap te Sao Paulo (1982) versloeg hij niemand minder dan Jannes van der Wal die dat toernooi vervolgens won! Na 35. 48-42? kwam er een droog einde aan de partij. 35 . . ., 17-21!; 36. 28-22, . . . want op 31-27 wint (23-29) -dreigt (20-25)- simpel een schijf: 30-25 (9-14!) etc. 36 . . ., 9-14; 37. 44-39, 3-8; 38. 30-25, 24-29; 39. 40-34, 29x40; 40. 35x44, 8-12; 41. 22-17, 12-18; 42. 39-33, 21x12 en wit zag zijn schijf niet meer terug.

Pas in de laatste ronde greep een Italiaan mis. In de wedstrijd Varazze – Izjevsk volgde in het duel R. Bubbi (zwart: 3, 4, 6, 8, 12, 13, 14, 15, 16, 18, 19, 20, 23, 24, 25) – W. Sjtsjocholjew (wit: 27, 28, 32, 33, 34, 35, 37, 38, 39, 40, 41, 42, 43, 44, 45) de foutzet 23. . ., 24-29?; 24. 33x24, 20x29; 25. 35-30!, 6-11; 26. 39-33, 11-17; 27. 33x24, 14-20; 28. 44-39, 20x29; 29. 39-33, 4-9; 30. 33x24, 9-14; 31. 41-36, 17-21; 32. 40-35, 3-9; 33. 34-29, 23x34; 34. 30x39, 19x30; 35. 35x24, 14-19; 36. 39-33, 19x30; 37. 28-23, 18x29; 38. 33x35 en de Moskoviet, de sympathieke wereldkampioen van 1960 en 1964 en topscorer in dit toernooi, liet zijn prooi natuurlijk niet meer glippen.

Ter oplossing een stevige dampuzzel van de Pool Adam Hlasny. Wit begint en wint.