De barrage om de wereldtitel dammen, die nodig was omdat drie spelers (G. Valneris, A. Tsjizjow en A. Georgiew) in het reguliere toernooi gezamenlijk bovenaan eindigden, kende -maar dat was geen verrassing- de nodige remises. Toch werd in de derde en vierde partij het evenwicht op het bord dusdanig verbroken dat het eigenlijk een wonder mag heten dat er geen beslissing viel. In beide gevallen wist Georgiew, met vermoedelijk meer geluk dan wijsheid, te ‘glippen’.

Uit de derde partij. Zwart: A. Georgiew – Wit: G. Valneris. Zie diagram.

De witspeler heeft al vanuit de opening een licht initiatief en houdt dat in het verdere verloop van de partij vast zonder dat er van doorslaggevend voordeel sprake lijkt te zijn.

27. 29-23!, 10-15; 28. 40-34, 4-9; 29. 33-29, 14-19; 30. 23x14, 9x20; 31. 37-31, 12-18; 32. 31x22, 18x27; 33. 29-23, . . . Opnieuw een voorpost op 23, inderdaad vaak de beste manier om in dit soort standen tekening in de strijd te krijgen.

33. . ., 2-8; 34. 38-33, 13-19; 35. 23x14, 20x9; 36. 47-42, 9-13; 37. 42-37, 8-12; 38. 34-29, 21-26; 39. 37-32, 27x38; 40. 43x32, 3-9; 41. 33-28, 13-18; 42. 49-43, 12-17; 43. 43-38, 9-14; 44. 32-27!, . . . Eigenlijk een vrij onverwachte zet.

44. . ., 26-31(?); De wereldkampioen had alleen rekening gehouden met de ruil 28-23 etc. Het nu volgende gambiet is buitengewoon verrassend. 45. 27-21!, 16x27; Na (17x26) 36x27 heeft wit natuurlijk zeer groot voordeel. 46. 28-23!, . . . en hier raakte de zwartspeler, die nog maar weinig tijd tot zijn beschikking had, toch enigszins in paniek. Want hoe maak je zo’n stand even remise en ís het überhaupt wel remise? Gelukkig voor hem liep het met een sisser af. 46 . . ., 18-22; 47. 38-32, 27x38; 48. 36x18, 17-21; 49. 18-12, 21-27; 50. 12-7, 27-31; 51. 7-1, 31-36; 52. 29-24, 14-20; 53. 23-19, 20x29; 54. 1x45, 25-30; 55. 35x24, 36-41; en de spelers kwamen een puntendeling overeen. Jammer voor Valneris, veel damliefhebbers hadden de sympathieke Let de overwinning graag gegund.

In de vierde ronde leek Tsjizjow nog dichter bij de winst.

1. 34-29, 17-22; 2. 32-28, 11-17; 3. 37-32, 6-11; 4. 41-37, 1-6; 5. 46-41, 19-23; 6. 28x19, 14x34; 7. 39x30, 17-21; 8. 31-26, 21-27; 9. 32x21, 16x27; 10. 30-25, 18-23; 11. 25x14, 10x19; 12. 33-29, 23x34; 13. 40x29, 13-18; 14. 37-32, 11-16; 15. 32x21, 16x27; 16. 41-37, 7-11; 17. 37-31, 5-10; 18. 45-40, 10-14; 19. 44-39, 9-13; 20. 40-34, 14-20; 21. 50-44, 19-23; 22. 35-30, 23-28!; Een scherpe zet! 23. 30-25, 4-9; 24. 25x14, 9x20; 25. 38-33, 11-17; 26. 44-40, 6-11; 27. 43-38, 20-24? Maar deze fanatieke voortzetting kan de zwarte stand vermoedelijk niet trekken. 28. 29x20, 15x24; Zie diagram.

Toch lijkt deze afruil wel logisch. 42-37 en 34-29 zijn simpel verhinderd, op 40-35 kan zwart mooi aanvullen met (18-23) en op 49-44 lijkt (28-32) sterk.

29. 49-44!, . . . Dus toch! Zou de wereldkampioen echt overzien hebben dat na (28-32) 26-21 (17x37) 42x31 (32x43) 33-29 (24x33) 39x6 beslissend is? Bijvoorbeeld (43-49) 31x22 (18x27) 34-30 (2-7) 6-1 (12-17) 1x32 (49x16) 48-43 (16x49) 40-35 (49x40) 35x44. Tsjizjow kan nu aan een strak strategisch plan gaan werken. 29 . . ., 2-7; 30. 33-29, 24x33; 31. 38x29, 3-9; 32. 29-24, 11-16; 33. 40-35, 17-21; 34. 26x17, 12x21; 35. 44-40, 21-26; 36. 34-30, 26x37; 37. 42x31, 7-12; 38. 40-34, 9-14; Vanaf nu gaat de bekende wending 24-19 (14x23) 30-24 een rol spelen. Tsjizjow wacht tot het voor hem beste moment is aangebroken. 39. 39-33, 28x39; 40. 34x43, 27-32; 41. 43-39, 22-28; 42. 47-42, 12-17; 43. 24-19, 14x23; 44. 30-24, 18-22; 45. 42-37, 32x41; 46. 36x47, 16-21; 47. 39-34 (Vooral geen 24-20??), 21-26; 48. 24-20, 26x37; 49. 20-15, 22-27; 50. 15-10, 27-31; 51. 10-5, 17-22!;

Het was spijtig voor Tsjizjow dat Georgiew nu weer over voldoende tijd kon beschikken. (31-36) had namelijk verloren na 34-29 (23x34) 5x46 (34-39) 46-28 (17-22) 28x3 (39-44) 3-14 en wit gaat door overmacht winnen: ook schijf 35 wordt dam.

52. 5-14, 31-36; en er werd remise overeen gekomen.

Terug naar damrubrieken