Op het nippertje de titel door
Eric van Dusseldorp Wat
voor iedere sport geldt, geldt ook voor dammen. Het verschil tussen de nummer 1
en de nummer 2 kan soms frustrerend klein zijn. Dat ondervonden Martijn van
IJzendoorn en Jan Groenendijk tijdens de afgelopen wereldkampioenschappen
junioren en aspiranten in het Poolse Dabki. Beide dammers waren torenhoog favoriet in hun respectieve categorieën, maar waar Martijn op het allerlaatste moment genoegen moest nemen met de tweede plaats, ging Jan er met het goud vandoor. Dat laatste ging niet zomaar: na de laatste ronde stonden hij en de Wit-Rus Uladzislau Valjuk exact gelijk op de eerste plaats en ook de dan geldende coëfficiënten brachten geen verschil. Er moest een Georgiev-Lehman tiebreak aan te pas komen (3 minuten per persoon en twee secondes per zet, net zo lang tot er een beslissing valt). In deze zenuwslopende strijd bleek de Nederlander de behendigste. Al eerder in
het toernooi had Groenendijk de verrassende Chinees (ze komen er écht aan,
hoor) Zhenyu Li, de bedwinger van de andere
Nederlandse kanshebber Jitse Slump, verslagen.
De Wageninger
gooide een hengeltje uit. 24. 39-34(?!), 14-20(?!); Zwart hapt toe. Natuurlijk volgt op 30-25
het eenvoudige (8-12). 25. 27-22!, 18x27;
26. 30-25,… Wat nu? Gewoon doorspelen is het devies. Dus (10-14) en nu 47-41, nog de beste kans, (8-13) 41-36 (2-7) 34-29! (7-12) 44-39 (12-18) 28-22 en wit wint zijn schijf terug en staat beter. De jonge Aziaat vertrouwde het niet en nam zijn toevlucht tot een spectaculaire, maar verliezende damzet. 26…, 10-15?; 27. 25x23, 24-29; 28. 33x24, 26-31; 29. 37x17, 16-21; 30. 17x26, 8-13; 31. 32x21, 13-19; 32. 23x14, 9x49; Deze dam is zelfs voor de remise te duur, vooral omdat ie geen bewegingsvrijheid heeft. 33. 42-37, 15-20; 34. 37-32, 20-24; 35. 32-27, 24-30; 36. 35x24, 49-40; 37. 21-17, 40-44; 38. 28-22, 44-49; 39. 48-42,… en Li gaf het op. |