Damfeest
in Delft
Eric van Dusseldorp Een van de meest prestigieuze, jaarlijks terugkerende damevenementen is het Delftse DuWo Kennisstadtoernooi. Het is ieder jaar opnieuw een ware happening met voor elk wat wils: een hoofdgroep, een meestergroep, een open toernooi, een openluchttoernooi, en voorts wedstrijden voor vrouwen, universiteitenteams en liefhebbers van sneldammen. Het organisatiecomité, onder de bezielende leiding van de Delftse kunstenaar Henk de Witt, had voor de hoofdgroep een aantal toppers weten te strikken, onder wie wereldkampioen Georgiew, die het toernooi uiteindelijk won. ‘Duwo’ wijkt op een paar punten af van de meeste andere toernooien. In de eerste plaats wordt gespeeld met de zogeheten Delftse Telling, waarin winstpartijen, maar ook remises met voordeel, extra worden beloond: voor winst geldt als score 5-0, voor een voordelige remise 3-1 en voor een ongeveer gelijkwaardige remise 2-2. Een voordelige remise is er bij een voorsprong van tenminste drie stukken in de slotstand, waarbij een dam voor twee stukken telt. Daarnaast kende de hoofdgroep, maar ook de meestergroep, dit jaar het afsluitende rapidtoernooi, dat meetelde voor de eindrangschikking. Meestal wordt een barrage slechts gehouden wanneer spelers gelijk eindigen, maar in Delft denken ze er anders over: gewoon altijd een barrage. En zo kon het gebeuren dat Alexander Georgiew, die na het reguliere toernooi nog derde stond, in de ‘barrage’ alsnog de eerste prijs kon pakken. Over de Delftse telling is al heel veel geschreven. Een bijzondere rol speelde deze telling in de partij tussen Kees Thijssen, die het toernooi als tweede zou beëindigen, en de Wit-Russische Zoja Golubewa. Zie diagram.
Zwart: Z. Golubewa – Wit: K. Thijssen Wit heeft voordeel. Toch zou het in een gewone partij snel remise geworden zijn. De Nederlander ging echter voor de 3-1 score die men in Delft de puntenoverwinning noemt. 57. 36-31, 14-20; 58. 23-19, 20x29; 59. 19x8, 29-34; 60. 8-2, 34-40; 61. 2-11, 21-27; 62. 31x22, 40-44; 63. 43-39, 44x33; 64. 22-18, 26-31; 65. 37x26, 33-38; 66. 18-12, 38-43; 67. 12-7, . . . Thijssen lijkt op weg naar de puntenoverwinning die Golubewa coûte que coûte wil voorkomen. Vandaar haar volgende zet, die een ernstige blunder is. In een ‘normale’ partij was ongetwijfeld al lang remise overeengekomen. 67 . . ., 43-49??; 68. 26-21! en zwart gaf het verbouwereerd op. Een van de argumenten waarmee Henk de Witt zijn -zeker niet onomstreden- Delftse Telling verdedigt, is dat er echte beslissingen kunnen vallen in remiseachtige standen waarin men een puntenoverwinning wil behalen danwel een puntennederlaag wil vermijden. Dat gebeurt inderdaad in bovenstaande partij: de Delftse Telling heeft hierin niet als doel, doch slechts als katalysator gefungeerd!
Zwart: N. Samb – Wit: J.-M. Ndjofang Zie diagram. De twee Afrikaanse deelnemers speelden een aardig duel. Wit speelde 39. 42-38 en het werd remise. Ndjofang had echter fraai 44-40 kunnen spelen. Na (34-39) volgt 15-10 (4x15) 22-18 (13x33) 40-34 (39x30) 35x4 (33-39) 42-38 (39-44) en nu 37-31 (26x28) 4-10! (21x43) 4x1. Het beste had zwart na 44-40 kunnen aansturen op een compensatievariant: (12-18) 40x29 (11-17) 22x11 (16x7) 27x16 (18-23) 29x18 (13x33) maar wit lijkt dan toch wel te gaan winnen.
Zwart: M. Kloosterziel – Wit: Tj. Goedemoed Een partij uit het sneldamtoernooi. Zie diagram. Wit won door 1. 33-28, 23-29(?); Hier had (14-19) gemoeten; na 39-34 (12-17) 27-22 etc. is de stand voor zwart nog te redden, maar het is voorstelbaar dat de zwartspeler dit niet vertrouwde. 2. 28-23, 29-34; 3. 39x30, 25x34; Niet wit, maar zwart lijkt een schijf te winnen. De Friese jeugdtrainer had evenwel dieper gerekend: 4. 32-28!, 18x29; 5. 28-23!, 29x18; 6. 44-39, 34x21; 7. 26x10 met winst. |