Het kwalificatietoernooi voor de finale om het kampioenschap van Nederland kent tegenwoordig een semi-vrije inschrijving: iedereen boven een bepaalde rating (het precieze getal hangt per jaar van een aantal factoren af) kan zich inschrijven. Meedoen aan de provinciale kampioenschappen is dus niet meer noodzakelijk om in de cyclus van het Nederlands kampioenschap terecht te komen, wat een zegen is voor dammers die zich doordeweeks om allerlei redenen niet (goed) vrij kunnen maken om te spelen. Vorig jaar telde de halve finale 32 spelers, verdeeld over vier groepen. Met de open inschrijving is dat aantal natuurlijk groter geworden. Nu spelen 72 dammers, achttien per groep, om acht finaleplaatsen. Het rondtoernooi is van de baan, er zijn immers duidelijk meer spelers dan rondes. Er is daarom gekozen voor het bekende Zwitsers systeem en het aantal rondes is gesteld op negen. 
In de eerste ronde waren er nauwelijks verrassingen, maar er hing er wel een in de lucht.

Wit: R, Heusdens – Zwart: R. Twilhaar
Zie diagram. 

Ron Heusdens versmaadde hier 28-23 met na al het slaan een beetje voordeel. De internationaal grootmester en voormalig Nederlands kampioen ging voor groter wild. 

21. 31-27, 18-23; 22. 38-33, 12-18; 23. 49-43, 1-7; 24. 28-22, 3-9; 25. 22x13, 9x18; 26. 42-38(?), 11-17!; 27. 37-31?,.. 

Hier kon Ron Twilhaar winnen door (7-12!). Na 31-26 (wat anders?) volgt eenvoudig (23-29) 34x23 (19x37) 30x10 (21x32) 38x27 (4x15) met dubbele dreiging.

27..., 17-22?; 28. 47-42!,... Nu wint wit gewoon een schijf na (21-26?) 43-39, 48-43,33x13 en 30x28.
28..., 7-11; 29. 33-29, 24x33; 30. 38x29,... Nu staat wit gewonnen. Op (22-28) wint 31-26 (28x37) 42x31 (21x32) 26-21 snel. In de partij won Heusdens snel een schijf na 30.., 21-26; 31. 29-24, 26x28; 32. 24x13, 18x9; 33. 27x29 met dubbele dreiging.

Maar zwart heeft geen verdediging meer. Kingsrow komt met een mooie variant: [30e zet] (4-10) 31-26 - maar dat is niet de enige winst - (22x31) 26x37 (11-17) 36-31! (21-26) 43-39 (10-15) 39-33 (17-22) 42-38 (16-21) en nu 31-27!! (22x42) 48x37 en zwart heeft geen verweer tegen de 1-om-3 29-24 en kan opgeven.

Wit: M. Kroesbergen – Zwart: P. Schuitema

Zie diagram. Met het gespeelde 43-39 speculeerde wit op (23-28). Deze zet ligt wel voor de hand, omdat 47-41 etc. dreigt en 38-32 weliswaar niet wordt beantwoord door (28-33) vanwege 39x28!, maar door het schijnoffer (10-14) en (13-19) en zwart staat voortreffelijk. 

Na (23-28) is echter een fantastische combinatie mogelijk: 26-21 (17x26) 37-32 (28x37) 48-42 (37x48) 47-41 (36x47) 30-24 (47x33) 39x19 (48x30) en nu 29-23 (18x20) 35x4! Daarom spelde zwart 25…, 3-8. Later kwam het volgende eindspel op het bord. Zie diagram. 

Hoe maakt zwart aan zet remise? Een voor de hand liggend plan is (37-41, 41-46, 46-37, 36-41, 41-46) en er staan te veel witte schijven achter de lange lijn voor een 5-om-2 dammenwinst. Tegen deze vijfzetter is niets te ondernemen. Maar de zwartspeler deed de enige verliezende zet: 48… 37-42?; 49. 13-9, 42-47; 50. 9-4, 47-15; en nu het verrassende (de rest is remise!) 51. 39-33!, 15x38; 52. 4-10! met winst. Alle witte schijven worden, indien nodig, dam.  

De oplossing van de opgave van vorige week (auteur: P. Kuiper, wit schijven op 16, 24, 28, 30, 32, 34, 41, 45, 49; zwart schijven op 1, 6, 8, 13, 17, 19, 25, 35, 37) luidt: 32-27 (37x46) 27-21 (46x40) 21x3 (25x34) 3-26 (19x30) 16-11 (6x17) 26x19 (40-44) 49x29 (30-34) 29x40 (35x44) 45-40 (44x35) 19-23 (1-6) 23-7.Ook de nieuwe opgave is van P. Kuiper uit Hoorn. Zie diagram. Wit begint en wint.