Baljakin kampioen door mentaliteit

Door Eric van Dusseldorp


De finale om het Nederlands damkampioenschap van 2009 zal de geschiedenis ingaan als het toernooi dat werd beslist door een plusje. Een enkel schamel plusje was verantwoordelijk voor het aanwijzen van de nieuwe Nederlands kampioen. Een plusje dat bovendien helemaal geen plusje had mogen zijn. Zie diagram.

 

Wit: Alexander Baljakin – Zwart: Ron Heusdens

Vijfde ronde. Deze slotstand zal Heusdens nog lang heugen. In de wetenschap dat een dam voor twee schijven telt, heeft wit twee schijven meer, terwijl men drie schijven voorsprong nodig heeft om voor een plusje in aanmerking te komen. Maar zolang zwart met zijn dam op de lange lijn blijft en zijn schijf op 16 niet offert, is er niets aan de hand. Simple comme bonjour. De Schiedammer raakte echter begrijpelijk geďrriteerd door het zinloze geschuif van zijn opponent, die van een gelijkwaardige remise niet wilde weten, en gaf hem, onder het mom van ‘Als het zo moet, dan hoeft het voor mij niet meer’ het plusje aan zijn tegenstander, en zette zichzelf daarmee op een minnetje. Dus in de onderlinge score met Baljakin gaf hij eigenlijk twee plusjes weg. Had Heusdens gewoon doorgespeeld, dan was hij gewoon weer Nederlandse kampioen geworden.

Het verschil in karakters tussen twee dammers heeft dus de doorslag gegeven, niet de prestaties op het dambord. Nu greep de oorspronkelijk uit Wit-Rusland afkomstige Baljakin de titel.

Toch had Ron Heusdens ook in de slotronde nog alle kansen in eigen hand.

 

Wit: Ron Heusdens - Zwart: Hein Meijer

In deze stand speelde hij het onlogische en remise gevende 52. 42-37? (deze ruil kan immers altijd nog!) in plaats van het winnende 34-29!

Er kan dan bijvoorbeeld volgen (11-17) 29-23 (16-21) 25-20 (21-26) 42-37, nu pas! (32x41) 36x47 (17-21) 20-14 (26-31) 24-20 (15x24) 14-10 (24-30) 10-5,… en zwart kan opgeven.

Dramatiek was er genoeg in de slotronde, want ook de piepjonge Roel Boomstra had nog een kans op de titel. In een vermoedelijk thuis voorbereide openingsvariant kwam hij verrassend een schijf voor tegen de bijna onverslaanbare Sven Winkel.

Wit: Roel Boomstra – Zwart: Sven Winkel

 

1. 32-28, 18-22; 2. 34-29, 12-18; 3. 40-34, 7-12; 4. 45-40, 1-7; 5. 38-32, 20-25; 6. 42-38, 15-20; 7. 50-45, 10-15; 8. 31-26, 5-10; 9. 28-23, 19x28; 10. 32x23, 16-21; 11. 48-42, 11-16; 12. 35-30, 6-11; 13. 37-31, 21-27; 14. 41-37,…

 

Na 14…, 20-24?? veerden de vele Boomstra-fans op. Er volgde 15. 30x19, 13x24; 16. 29x20, 15x24; en nu kwam het eenvoudige maar verrassende 17. 26-21! en het was duidelijk dat zwart een schijf ging verliezen: 17…, 18x29; 18. 34x23, 17x26; 19. 33-29, 24x33; 20. 39x6, 27-32; 21. 38x27, 7-11; 22. 6x17, 12x41; 23. 46x37, 9-13; 24. 42-38, 8-12; 25. 44-39, 2-8; 26. 31-27, 4-9; 27. 39-33, 10-15; 28. 43-39, 15-20; 29. 33-28, 20-24; 30. 37-32, 25-30; 31. 40-35, 13-18;

De schijfwinst is volstrekt veilig na de eenvoudige finesse 39-34 (18x40) 45x25. Had de Emmenaar dit overzien of wilde hij anders winnen? De variant waarvoor hij koos geeft allerlei gedoe en uiteindelijk geen duidelijke winst:

32. 23-19, 14x23; 33. 28x19, 24x13; 34. 35x24, 26-31; 35. 27-21, 16x27; 36. 32x21, 31-37; 37. 38-32, 37x28; 38. 36-31, 18-22; 39. 21-16, 12-17; 40. 31-26, 28-32; 41. 26-21, 17x26; 42. 16-11, 32-37; 43. 11-6, en de teleurgestelde Boomstra, die zag dat hij een gedeelde eerste plaats had gemist, gaf remise. Te vroeg, want na een variant als (26-31) 6-1 (31-36) 1-23 (36-41) 47x36 (37-42) 24-20 (42-47) 20-15 heeft wit serieuze (bord)kansen op een plusje en heel misschien zelfs meer…

Maar Boomstra is nu eenmaal geen Baljakin.    

De oplossing van de vorige opgave (Auteur: Dirk de Ruiter, wit: 16, 21, 27, 29, 31, 33, 38, 39, 40, 43, 44, 48 / zwart: 6, 7, 10, 14, 18, 20, 22, 23, 24, 28, 36).

Winst door 11, 32, 1, 44-40, 19, 4 (37-41) 27!, 28, 38, 46.

Ook de nieuwe opgave is van de inmiddels 86-jarige, maar onvermoeibare Dirk de Ruiter. Zie diagram. Wit begint en wint.

 

Terug naar damrubrieken