door
Eric van Dusseldorp De
bondscompetitie is bijna afgelopen. Wat nog resteert zijn de diverse promotie-
en degradatiewedstrijden en niet in de laatste plaats de barrage om de
landstitel. Wat dat laatste betreft: Mo&Z Volendam, VBI Huissen en Apeldoorn
eindigden gedeeld eerste met 18 punten uit 11 wedstrijden. Een herkamp tussen
deze drie teams moet dus uitmaken welke club zich Nederlands kampioen 2012-2013
mag gaan noemen. De
sponsors van deze drie verenigingen zullen er niet blij mee zijn. Het opnieuw
oproepen van diverse internationaal grootmeesters voor twee wedstrijden zal toch
flink in de (duizenden) euro’s lopen, in de wetenschap dat de kans om de titel
te behalen maar ongeveer 33 procent is. Het wordt spannend om te zien welke
sponsor de meeste financiële `rek` heeft. De
herkamp was niet nodig geweest als de Volendammers, die na negen rondes nog
soeverein aan kop gingen, hun kansen in de voorlaatste wedstrijd optimaal hadden
waargenomen. In de tiende ronde stond Van Stigt Thans op het programma, een
middenmoter, niet meer of minder dan dat. Na een spannende wedstrijd werd het
een 10-10 gelijkspel: acht remises en twee beslissingen. Wit: P. van der Stap – Zwart: C. Westerveld
Zie
diagram. Cor Westerveld was in deze wedstrijd, met een op dit niveau schamele
rating van 1196, duidelijk de zwakke plek binnen het Noord-Hollandse team. Maar
dat is, om eerlijk te zijn, aan de positie niet te zien. Optisch gezien staat
zwart zelfs beter, analytisch is er voor wit echter niets aan de hand. Alles
veranderde toen de zwartspeler met 28…, 21-27; 29. 32x21, 16x27??; op
de proppen kwam. Vernietigend volgde 30. 29-24!, 20x49; 31. 47-41, 49x32; 32.
37x10 waarna zwart het opgaf. Het was duidelijk dat de Volendammers een
zware dag tegemoet zouden gaan. Wit: F. Luteijn – Zwart: J.-M. Ndjofang
Zie
diagram. De tegentreffer liet echter niet lang op zich wachten. Nummer drie van
de wereld, Kameroener Jean-Marc Ndjofang, maakte zijn faam waar door de Haagse
theoreticus Frits Luteijn op een geweldige manier te grazen te nemen. De speler
van Van Stigt Thans speelde volkomen logisch 28. 35-30,… en werd
verrast door 28…, 15-20!; Wat nu te doen? Er dreigt (20-24). Het beste
is nog 37-31, maar dat is niet wat je met wit wilt hebben. Maar wat is er mis
met gewoon 30-24, moet Luteijn gedacht hebben? 29. 30-24?,.. Er volgde een fraai gambiet. 29…, 11-16!; 30.
24x15, 22-27; 31. 32x21, 16x27; Nu dreigt er dodelijk (27-31) 36x27 (17-22)
28x17 (12x41), dus eigenlijk heeft wit geen keus. 32. 37-32, 27x38; 33.
33x42, 18-22!; Let wel, nog steeds heeft wit een volle schijf meer. Maar het
probleem wordt duidelijk: op 29-24 (22x33) 39x28 volgt (4-9!) met dam op 50 en
op 39-33 volgt eerst (17-21) en dan (4-9). De witspeler liet de twee schijven
dus maar slaan, maar verloor vervolgens kansloos. Wit:
J. Groenendijk – Zwart: R. Wijnker
Zie diagram.
Een prachtige slagzet uit een andere wedstrijd: SNA – VBI Huissen. Gespeeld
was 40-35? Outsider Ritchie Wijnker, met een onbeduidende rating van 1137, sloeg
toe middels 19…,
16-21; 20. 27x16, 18-22; 21. 29x27, 11-17;
22. 32x23, 26-31; 23. 37x26, 17-21; 24. 26x17, 12x32;
25. 38x27, 14-19; 26. 23x14, 9x47; en wit gaf het op. Oplossing
van de vorige opgave (M. Fedorov): wit: 21,
23, 30, 34, 40, 43, 44 / zwart: 11,
12, 18, 22, 33, 45: 43-39 (18x29)
39x6 (45-50) 34x23 (50x35) 21-17 (35x11) 6x8. De
nieuwe opgave is een eerste publicatie van P, Kuijper uit Hoorn. Zie diagram.
Wit begint en wint.
|