Frank Teer
lost problemen op
Eric van Dusseldorp
Het zal de meeste dammers volkomen ontgaan zijn, maar onlangs is de uitslag bekend geworden van de Coup du President de la FMJD. Dit is een internationale oploswedstrijd, uitgeschreven door de sectie Problematiek van de Werelddambond met als inzet een heuse wereldtitel. En laat deze wedstrijd nu eens door een Nederlander gewonnen zijn! Frank Teer behoorde tot de twee vaderlandse finalisten die zich via de voorronden hadden geplaatst. En nadat de kruitdampen waren opgetrokken bleek dat onze landgenoot de befaamde Litouwse oplos’beesten’ G. Magelinskas en A. Gimbutas met een gering aantal punten had afgetroefd. De organisatie had de twaalf finalisten een dertigtal zeer moeilijke vraagstukken voorgeschoteld waarvan de meeste bovendien zwaar bijoplosbaar waren en een enkeling in het geheel niet bleek te winnen. Diverse disciplines waren in de te ontleden serie vertegenwoordigd: een partijprobleem, een miniatuur, vele fantasieproblemen, deels met dammen in de beginstand (om het lekker moeilijk te maken!) en zelfs twee Russische zadacha-composities. Frank Teer was van alle markten thuis en noteerde bovendien vrolijk de ene bijoplossing na de andere. En al die bijoplossingen waren, tot een zeker maximum per vraagstuk, goed voor vele en uiteindelijk beslissende bonuspunten. Alleen van probleem nr. 12 begreep de Nederlands niets, maar dat is niet zo verwonderlijk: er zit helemaal geen winst in. Zie diagram.
Een compositie van Londenaar A. Miedema uit 1977. Auteursbedoeling: 24-20 -zo’n positionele zet verwacht je niet in een krentenmik- (15x24) 29x20 (10-15A) 34-29 (23x45) 43x34 (15x24) 48-42 (30x39) 31-26 (22x31) 28-22 (18x27BC) 46-41 (39x28) 32x23 (19x28) 38-32 (27x38) 42x11 (16x7) 26x10 (31x42) 47x38 (36x47) 10-4 (47x29 gedw.) 4x34 (24-30) 34x1 (30-34) 1x40 (45x34) 50-45 (35-40) 44x35 (34-39) 45-40 (39-44) 40-34 (25-30) 49x40 (30x39) 40-34 (39x30) 35x24. Maar bij A kan zwart natuurlijk eerst (36-41!) offeren om vervolgens (10-15) te spelen. Winst voor wit is dan ver te zoeken. Bovendien zijn in plaats van (18x27BC) de andere keuzeslagen remise: B(39x28) 22x11 (16x7) 26x8 (13x2) 32x1 (25-30) 37x26 (30-34) 1x40 (45x34) = en ook C (17x28) 26x8 (13x2) 33x4 (39-43) 37x26 (16-21!) 26x17 (43-48) 38-33 (48x11) 46-41 (11x39) 44x33 (35-40) = Toch scoorde Teers concurrenten punten met dit vraagstuk door de remise(s) expliciet aan te geven.
Probleem nr. 2 (zie diagram) bleek een van de weinige correcte composities. Auteur: A. v.d. Stoep (1987). Wit wint door 32-27 (31-36) 27-21! (11-16 anders wint wit positioneel) 39-34 (16x27) 33-28 (22x33) 44-39 (33x44) 37-31 (26x48) 34-30 (48x25) 47-41 (36x47) 35-30 (25x19) 24x2 (47x24) 2x8 (20-25) 8-24 (15-20) 24x15 (25-30) 15-10 (30-35) 10x23 (5-10) 23x5 (35-40) 5-28 (40-45) 28-50. Frank Teer beleefde zijn finest hour met probleem nr. 4 (zie diagram).
Waar zijn grote concurrent ‘oplosbeest’ Magelinskas bleef steken in de auteursoplossing 40-35 (29x49) 22-18 (13x42) 47x7 (16x38A) 36-31 (1x21) 20-15 (25x43) 15x2 (26x37) 2x48 (49-32) 48-43 (32x49) 50-44 (49x40) 35x44 A(25x43) 32x12 (16x27) 7-2+, vond de Nederlander een bijoplossing: 20-15 (10-14) 30-24 (29x20A) 15x24 (19x30) 22-18 (13x42) 47x7 (16x38) 7-2 (28-33) 2x35+ A (19x30) 17-11 (28x6) 39x10 (26x37) 34x23+ Het waren de beslissende punten voor de wereldtitel! |