Risicovol
spel in halve finales
Eric van Dusseldorp De halve finales om het kampioenschap van Nederland zijn weer aan de gang. Veertig dammers, verdeeld over vier ongeveer gelijkwaardige groepen, strijden om een achttal startbewijzen voor de finale. De ervaring heeft geleerd, dat een speler een nederlaag in de eerste ronde maar heel moeilijk te boven komt. In de wetenschap dat slechts de nummers één en twee binnen een groep naar de finale gaan, moet er na een nederlaag nog een handvol partijen worden gewonnen. En in het huidige topdammen valt dat niet mee. Toch weerhoudt dat veel spelers er niet van om risico’s te nemen. In de eerste ronde werd finalekandidaat Anton van Berkel verrassend verslagen door een relatieve outsider. Van Berkel is een goede bekende in de finale. Een aantal jaren geleden ‘dreigde’ hij pardoes kampioen van Nederland te worden. Slechts Harm Wiersma, die toen toevallig eens meedeed, wist hem in een van de slotrondes tot de orde te roepen door hem in een onderling duel te verslaan. De grootmeester uit het Friese Goutum werd dat jaar nipt kampioen. Zwart: J. Lemmen – Wit: A. van Berkel
1. 32-28, 18-22; 2. 34-29, 12-18; 3. 40-34, 7-12; 4. 45-40, 19-23; 5. 28x19, 14x23; 6. 31-27, 22x31; 7. 36x27, 1-7; 8. 35-30, 10-14; 9. 30-25, 14-19; 10. 25x14, 19x10; 11. 40-35, 15-20; 12. 35-30, 10-15; 13. 37-32, 20-25; 14. 30-24, 17-21; 15. 44-40, 11-17; 16. 49-44, 21-26; 17. 33-28, 5-10; 18. 28x19, 18-22; 19. 27x18, 12x14; 20. 38-33, 14-20; 21. 32-28, 7-12; 22. 28-23, 17-21; 23. 43-38, 13-18; 24. 41-37, 9-13; 25. 46-41, 6-11; 26. 33-28, 11-17; 27. 41-36, 18-22; 28. 38-32, 22x33; 29. 39x28, 13-18; 30. 44-39, 4-9; 31. 36-31, 9-13; 32. 31-27, 10-14; Wit heeft een weldadige aanval opgezet, met bezetting van alle belangrijke velden, maar daarmee is nog niet alles gezegd. 33. 47-41, 14-19; 34. 23x14, 20x9; 35. 41-36, 9-14; 36. 42-38,. . . Een uitstekende zet is ook 50-44. Bijvoorbeeld (14-20) 42-38 (3-9) 29-23! (18x29 gedw.) 24x33 met prachtig spel. 36 . . ., 3-9; 37. 28-23, 14-20; 38. 38-33, . . . Ook zwart heeft kansen als wit het niet goed doet. Op 39-33 kan (2-7) 50-44 (17-22) 48-42 (22x31) 36x27 (18-22) 27x18 (13x22) en zwart heeft nu de beste mogelijkheden. Ook 23-19 voldoet niet (voor de winst): (17-22) 48-42 (22x31) 36x27 (12-17) en nu op 23-19?? (25-30!) 38 . . ., 2-7; Zie diagram.
Hier geeft de computer in eerste instantie een buitengewoon verrassende wending aan: 24-19?!? (13x24) 23-19 (24x13) 37-31 (26x28) 33x2 (21x32) en nu met ‘veel gevoel voor stijl’ het damoffer 2-7 (12x1) 29-24 (20x29) 34x14, alleen wint wit dan niet meer na (32-37) of (16-21) 48-42 (32-37) 42x31 (21-26) etc. Beter dan de combinatie lijkt het gewone positionele vervolg dat de Friese jeugdtrainer Tjalling Goedemoed op zijn website aangeeft: 48-42 (18-22) 27x18 (13x22) 42-38. In plaats daarvan denkt Van Berkel snel de winst te forceren. 39. 23-19?, . . . Nu volgt er een combinatie. 26-31!; 40. 37x26, 17-22; 41. 26x28, 18-23; 42. 29x18, 20x38; 43. 32x43, 13x35; Wit lijkt nog wat compensatie te hebben, maar Jasper Lemmen laat zijn prooi niet meer glippen. 44. 43-39, 12-18; 45. 39-33, 7-12; 46. 33-28, 12-17; 47. 48-42, 9-13; 48. 19-14, 8-12; 49. 27-22, 18x27; 50. 28-23, 17-21; 51. 42-37, 21-26; 52. 23-19, 13x24; 53. 14-9, 12-17; 54. 9-4, 24-30; 55. 4x31, 30x39; 56. 31-27, 17-21; 57. 27-18, 39-43; 58. 18-12, 21-27; Wit geeft het op. Zwart: Joost Hendriksen – Wit: Niek Kuijvenhoven
Na 36. 49-44, . . . combineerde zwart naar dam 36 . . ., 23-29; 37. 33x24, 22-28; 38. 31x33, 13-18; 39. 24x22, 17x50; en de Huissenaar Joost Hendriksen won snel. De inmiddels vierentachtigjarige A.P. de Zwart uit Haarlem is ‘still going strong’. Damcomposities van deze wereldvermaarde topproblemist zijn vrijwel zonder uitzondering een belevenis. Met gepaste trots bieden we een nog ongepubliceerde stand, afgebeeld op diagram, ter oplossing aan. Wit begint en wint.
|