Wat gaan de Chinezen doen?
Eric van Dusseldorp
Nog minder dan twee weken te gaan en dan begint het grootste, het indrukwekkendste, het meest prestigieuze, bombastische en megalomane damtoernooi aller tijden. Op 3 oktober gaan in het Chinese Beijing de World Mind Sports Games van start. Voor degenen die het nog niet weten: dat zijn de Olympische Spelen voor denksporten.
Bij deze Mind Sports Games moet men niet denken aan allerlei spelletjes als stratego, othello, Rubikkubus, mastermind, cryptogrammen oplossen, et cetera en al helemaal niet aan de vele computerspelletjes van tegenwoordig. Integendeel, alleen denksporten die kunnen bogen op een lange traditie en een groot verspreidingsgebied worden geaccepteerd en dan blijft er niet veel over: schaken, dammen, go en bridge. En voor deze keer is ook Chinees schaken geaccepteerd, omdat China het organiseert…
Het hoofdtoernooi telt 151 dammers uit 59 landen, een absoluut record in de damgeschiedenis. De FMJD (werelddambond) heeft er met man en macht aan gewerkt om straks in Beijing zoveel mogelijk nationaliteiten achter de borden te krijgen en dat is dus aardig gelukt. Ter herinnering: in 1947 werd diezelfde FMJD opgericht door vier landen: Nederland, België, Frankrijk en Zwitserland. Er is dus wel wat veranderd in de afgelopen ruim 60 jaar.
Enkele inschrijvingen zijn opmerkelijk te noemen. Neem Eddy Diaz, de voor zover bekend enige Venezolaan die het internationale damspel speelt. Diaz, van beroep professor, raakte toevallig op de online damsite VOG terecht en raakte verslingerd aan het spel. Van een Nederlander kreeg hij drie beginnersboekjes opgestuurd en hij begon langzaamaan iets beter te spelen. Maar altijd via Internet, nooit met een persoon tegenover zich. Dat gaat straks in Beijing dus voor het eerst gebeuren. Twee andere gekleurde raven zijn de Japanners Omata Mitsuo en Kazuaki Kawashita. Nog nooit is er enige damactiviteit waargenomen in het Land van de Rijzende Zon en men is daarom razend benieuwd wat deze twee overigens zeer welkome gasten gaan laten zien.
Maar de meeste aandacht gaat ongetwijfeld uit naar de deelnemers uit China zelf. Het internationale damspel stond nooit op de kaart in dit immense land, maar daar is nu verandering in gekomen. Om op de aanstaande Olympics goed voor de dag te komen hebben de Chinezen in diverse plaatsen in het land voorwedstrijden gehouden en zijn er trainingskampen opgezet, waar ze les krijgen van dammers uit Mongolië, maar ook van de Nederlander Casper van der Tak, die al jarenlang in China woont. In de wetenschap dat China in staat blijkt om niet-inheemse sporten vrij snel te adapteren en ze daarna op een hoog niveau te beoefenen (kijk naar Xie Jun, wereldkampioene schaken) zijn de verwachtingen -op wat langere termijn dan de aanstaande Olympics overigens- hoog gespannen.
Het wachten is op de eerste Chinees die in de voetsporen kan treden van hun enige landgenoot die het ooit ver schopte in de internationale damarena: de legendarische Li Tchoan King die in 1925 op 21-jarige leeftijd naar Frankrijk emigreerde om in Toulon medicijnen te studeren. Hij kwam in aanraking met het voor hem volstrekt onbekende damspel en bleek er veel aanleg voor te hebben. Hij bereikte verschillende malen de finale van het kampioenschap van Frankrijk en plaatste zich twee keer, in 1952 en 1956, voor het wereldkampioenschap. In beide toernooien werd een tiende plaats zijn deel.
Wit: W. de Jong – Zwart: L. King
Een partij uit het wereldkampioenschap van 1956. Wim de Jong was in die periode een van de sterkste spelers van Nederland en zelfs een van de kanshebbers voor de wereldtitel. Tegen King speelde hij een Hans Jansen-achtige opening: 1. 33-29, 17-21; 2. 38-33, 21-26; 3. 31-27(?!?), 11-17; 4. 43-38, 6-11; 5. 36-31(!?) en kwam hij in de niet zo lekkere diagramstand terecht. Hij probeerde een lokzet. 28. 27-22??,… Na (21-27) 32x21 (16x18) zou fraai 34-30 (24x35) 37-32 (26x48) 33-29 (48x23) 28x6 gevolgd zijn. Maar de Chinees liet zich niet de kaas van het brood eten en offerde er gewoon nog een schijfje bij: 28…, 24-29!; 29. 34x23, 21-27; 30. 32x21, 16x29; 31. 33x24, 20x29; en King liet de winst natuurlijk niet meer glippen.
Wit: M. Navarro – Zwart: L. King
Uit het Frans Kampioenschap van 1954 komt de diagramstand. Gespeeld was 43-39. King nam een toch wel versluierd zetje: 35…, 24-29!; 36. 33x24, 18-22; 37. 27x29, 17-21; 38. 26x17, 11x44 en won later.
|