Halve
finales op de schop? Eric
van Dusseldorp De
halve finales om het kampioenschap van Nederland naderen alweer hun einde. In
het laatste weekend van februari worden nog twee rondes gespeeld en dan zou
bekend moeten zijn welke dammers naar de finale gaan. Maar ongetwijfeld zullen
er nog enkele barrages tussen gelijkgeëindigde spelers volgen. Mogelijk
is het dit jaar voor het laatst, dat de halve finales in de huidige vorm worden
gehouden. Al sinds mensenheugenis plaatsen spelers zich via de provinciale
kampioenschappen en worden er in vier groepen (vroeger waren dat er twee)
gesloten competities gespeeld. Er ligt nu een voorstel op tafel om over te gaan
op een semi-vrije inschrijving (op een of andere manier gaat er wel gekeken
worden naar de rating oftewel het niveau van de spelers), zodat het niet meer
noodzakelijk is om mee te doen aan de provinciale cyclus. Verder gaat het
voorstel uit van het Zwitsers systeem als toernooivorm (logisch, omdat er veel
meer inschrijvers worden verwacht dan de huidige 4 x 8 deelnemers) en in enkele
gevallen twee partijen op een dag. Ook wordt geadviseerd om het speeltempo iets
te verhogen, wat natuurlijk samenhangt met de dubbele rondes. Met
name enkele topspelers en provinciale bestuurders zijn – om hen moverende
redenen – niet gelukkig met het voorstel, maar de ‘gewone’ dammer lijkt
erg enthousiast. Provinciale kampioenschappen worden dikwijls op doordeweekse
avonden gehouden en niet iedereen kan zich daarvoor vrijmaken. Nu kan iedere
speler, die een zeker niveau heeft, zich inschrijven voor de halve finale. De
dambond spint er ook garen bij. De halve finales hebben altijd geld gekost, maar
kunnen nu wellicht budget-neutraal worden georganiseerd als je alle vrije
inschrijvers ‘entrance fee’ laat betalen. En zo is er weer een kostenpost
minder voor onze armetierige en altijd naar bezuinigingen zoekende dambond. Door
de vrije inschrijving gaat het gemiddelde niveau van de halve finales uiteraard
niet omhoog. Maar dat niveau is op dit moment soms ook al niet geweldig. Wit:
Gerbrand Hessing – Zwart: Jan Lammers
Zie
diagram. Het is niet helemaal duidelijk of dit fragment om te lachen is of om te
huilen. Lagereschooldammen is er niets bij. Na
het gespeelde 30. 43-39(?!) zag zwart
opeens wat: 30… 4-9(!); Plotseling
dreigt er hel en verdoemenis middels (24-29), (14-20) en (7-11) etc., een
combinatie die na iedere zet lijkt te volgen. De witspeler legde zich nu neer
bij schijfverlies of hij zag zelfs de hele combinatie niet. 31.
39-34??,… Uiteraard volgde 31…,
24-29; 32. 33x24, 14-20; 33. 25x3, 7-11; 34. 3x17, 11x22; Wit
staat nu een schijf achter en zijn stelling is nog een ruďne ook. De meeste
spelers zouden het terecht(?) opgeven. Hessing besloot door te spelen en won de
partij –met een beetje overdrijving- nog bijna regelmatig: 35.
49-43, 21-27; 36. 32x21, 16x27; 37. 43-39, 26-31; 38. 30-25, 19x30; 39. 35x24,
13-19; 40. 24x13, 18x9; 41. 48-42, 5-10; 42. 34-30, 10-14; 43. 30-24, 9-13; 44.
40-34, 23-28; 45. 45-40, 31-37? (Absoluut niet handig) 46. 42x31, 27x36; 47. 34-30, 13-18; 48. 40-35,… en nu blijkt wat
voor onheil zwart zichzelf heeft aangedaan. Na (14-19) 24x13 (18x9) volgt immers
47-41! etc. Zwart kan nu het beste (36-41) gevolgd door (14-19) spelen met
vrijwel op slag remise. Ook de combinatie gewoon toelaten levert gemakkelijk een
puntendeling op. Maar de zwartspeler raakte de kluts helemaal kwijt: 48…
15-20?; 49. 24x15, 28-32; 50. 30-24, 14-19; 51. 24x13, 18x9; 52. 25-20, 32-37;
53. 15-10, 22-27; 54. 10-5, 36-41; 55. 47x36, 37-42; 56. 39-34, 42-47; 57.
20-15, 47-33; 58. 34-30, 33-11; 59. 5-37, 11-16; 60. 15-10, 9-13; 61. 10-4,
13-19; 62. 4x31 en zwart gaf het op. Keren
we terug naar de diagramstand. Na 43-39 was (4-9) allerminst een winnende zet.
Wit kan zich goed verdedigen met 48-42! De combinatie (24-29) 33x24 (14-20) 25x3
(7-11) 3x17 (11x44) verliest na 30-25! (19x30) 35x24 (44x35) 38-33. De
oplossing van de vorige opgave. Auteur: Pieter
Kuiper,
wit: 6, 11, 12, 17, 18, 22, 27, 29, 32, 33, 34, 37, 47 / zwart: 1, 2, 7, 9, 10,
14, 16, 20, 23, 25, 26, 36, 40, 45. Wit wint door 47-41
(36x47) 33-28 (47x24) 28x30 (40x29) 37-31 (26x28) 22x13 (25x34) 27-21 (16x27)
13-8 (2x22) 11x2 (22x11) 2x3 motief
P. Kuiper (2008), gebaseerd op D. van den Berg (1975): (45-50) 12-7 (1x12) 3x17
(50x11) 6x17. Ook
de nieuwe opgave is een eerste publicatie van Pieter Kuiper uit Hoorn. Zie
diagram. Wit begint en wint.
|