door
Eric van Dusseldorp Het
leuke van het nieuwe systeem van kwalificatiewedstrijden voor de NK-finale
is dat een nederlaag nog geen uitschakeling hoeft te betekenen. In de oude
halve finales betekende een verliespartij dat je een plaats in de finale
vrijwel zeker kon vergeten. Van de resterende zes partijen zou je er
immers vier moeten winnen (en geen partijen meer verliezen) om alsnog op
een redelijk veilige plusdriescore te komen. Maar gezien het sterke
deelnemersveld was dat voor bijna iedereen haast uitgesloten. Gevolg:
iedereen speelde met de handrem erop met een groot aantal bloedeloze
remises als gevolg. Afgelopen
zaterdag verloor Auke Scholma in kwalificatiegroep 2 een partij tegen
Wouter Sipma, maar gelukkig betekent dat voor de nestor uit het Groningse
Baflo nog niet dat hij uitgeschakeld is. Sterker nog: drie punten uit de
laatste twee duels verzekeren hem (vrijwel) alsnog van een finaleplaats en
misschien zijn zelfs twee punten wel voldoende. Pikant detail: juist Auke
Scholma staat bekend als een tegenstander van de nieuwe formule
Wit: A. Scholma Zwart: W. Sipma
Zie
diagram.
In deze remisestand nam de jonge Drent zijn beste kans waar. 55
,
44-50!; Veel
is er niet aan de hand voor wit. 26-21, 32-27 en 13-9 zijn alledrie
remise. Scholma vervolgde evenwel met de meest voor de hand liggende zet. 56.
13-8?,
waarna zwart het winnende 56
, 50-45; liet volgen.
Niet onlogisch volgde nu 57. 8-2,
waarna het meteen uit was: 57
,
20-24!; 58. 2x30, 14-20; 59. 25x14, 16-21; 60. 26x17, 29-33; en wit
liet de rondslag niet meer volgen. In
plaats van 8-2 is ook 32-28 verliezend: (29-33!) 28x39 (16-21!) deze moet
erbij 26x17 (14-19) en (45x2). Een
Kurzpartie waarin een internationaal grootmeester werd gevloerd. Wit: J. Stokkel Zwart: M. Knipper
1.
32-28, 18-23; 2. 38-32, 12-18;
3. 31-27, 7-12; 4. 37-31,
20-24; 5. 42-38, 14-20;
6. 47-42, 10-14; 7. 41-37,
5-10; 8. 34-29, 23x34;
9. 40x29, 20-25; 10. 29x20,
15x24; 11. 39-34, 17-22;
12. 28x17, 12x21; 13. 44-39,
21-26; 14. 32-28, 18-23;
15. 38-32, 11-17; 16.
45-40, 16-21; 17. 27x16,
en wit wachtte het verdere verloop (17-22) 28x17
(23-29) 34x23 (19x28) altijd gevolgd door (24-30) en (13-19) niet eens
meer af. Wit: M. Knipper Zwart: M. van Bronswijk
Zie
diagram.
Zwart heeft zojuist (18-23) 29x18 (12x23) gespeeld. De stand is nu zwanger
van winnende beginzetten. Wit kan combineren met 24-19 of 24-20, gevolgd
door 38-32, 37-31, 39-33 etc. Ook na de beginzet 39-34 wint wit
geforceerd. `Gelukkig` nam de witspeler de mooiste combinatie, die hij
eventueel ook met 47-41 kon inleiden: 29. 25-20, 14x25; 30. 33-29,
23x34; 31. 39x30, 25x34;
32. 47-41, 36x47; 33. 38-32,
47x20; 34. 32x25,
met schijf- en partijwinst (35-30 is onpareerbaar.). Wit: F. Roedolph Zwart: Th. Voorspuij
Zie
diagram.
Wit staat strategisch veloren. In arren moede werd maar 35.
42-37(!),
gespeeld. Het enige wat de zwartspeler nu had moeten
doen, is even uitkijken. Maar dat deed ie niet: 35
, 6-11??;
Winst is (3-8) en wit komt nergens meer. 36. 29-24!, 20x29; 37. 39-33,
28x39; 38. 34x43, 25x34; 39. 43-39, 34x32; 40. 37x6,
en zwart gaf
het op. Oplossing
van de vorige opgave (G. Tiemens): wit: 15,
24, 29, 30, 33, 34, 37, 38, 43, 45, 47 / zwart: 4, 10, 11, 12, 13, 14, 18, 21, 26, 31, 40: 43-39 (31x42) 24-20 (14x25)
29-23 (40x29) 33x24 (25x32) 47x7 (18x20) 7x9 (4x13) 15x4 (13-19) 4-10
(19-24) 10-15 (26-31) 45-40 (31-36) 40-35 (36-41) 35-30 (24x35) 15x36
(35-40) 36-22 (40-45) 22-50. De nieuwe opgave is een miniatuur van M. Fedorov uit Rusland. Zie diagram. Wit begint en wint. Voor gevorderde dammers een bladprobleem.
|