Hoe
goud, zilver en brons oranje kunnen kleuren Eric
van Dusseldorp Over
het enorme succes van de Nederlandse jongens tijdens het WK-junioren, dat
in december in het Fletcher Hotel-Restaurant Carlton in Naaldwijk
werd gehouden, zal nog lang worden nagepraat. Goud, zilver en brons en
daarnaast ook de plaatsen vier, zes en zeven waren `oranjegekleurd` in een
toernooi waarin nou eindelijk eens alles op zijn plaats viel en alles ook
meezat. Zes spelers bij de eerste zeven, was er dan geen tegenstand? Die
was er zeker wel, maar spelers van wie men van tevoren dacht dat ze een
geheide kans zouden maken op de wereldtitel, denk dan vooral aan het
eeuwige Russische wonderkind Aynur Shaibakov en zijn landgenoot Maksim
Milshin, kwamen er amper aan te pas. Beide jongeheren waren slecht in vorm
(dat is de negatieve benadering) of werden afgetroefd door de zeer
overtuigend en weldadig spelende Nederlandse afvaardiging (de positieve
benadering). Johan Krajenbrink, die in ons land verantwoordelijk is voor
de jeugdopleidingen, was euforisch over de resultaten van zijn pupillen en
daar had hij natuurlijk alle reden toe. De
Nederlandse spelers begonnen het toernooi met een flinke theoretische
bagage. De een overigens nog meer dan de ander. Wit: Feroz Amirkan Zwart: Roel Boomstra
1.
33-29, 16-21; 2. 31-26, 11-16; 3. 39-33, 19-23; 4. 36-31, 14-19; 5
19-24; 6. 41-36, 7-11; 7. 47-41, 10-14; 8. 44-39, 14-19; 9. 36-31, 5-10;
10. 50-44, 10-14; 11. 41-36, 2-7;
Opmerkelijk, omdat altijd (1-7) wordt gespeeld. 12. 46-41, 4-10; 13.
27-22, 17x28; 14. 33x22?, De
tweede fout, waarna wit definitief een schijf verliest. Materieel blijft
het nog gelijk na 26x17 (11x22) 31-27 (22x31) 36x27 en zwart kan 33x22
(24xx33) 39x28 niet voorkomen. Maar het is geen stand die je met wit graag
wilt hebben. Zou Boomstra op de 11e zet (2-7) hebben gespeeld
omdat hij vindt dat zwart in deze stand beter een schijf op 1 kan hebben
dan op 2? 14
,
24x33; 15. 39x28, 18x27; 16. 31x22, 12-18; 17. 26x17, 18x27; 18. 32x21,
11x33; 19. 38x18, 16x27; 20. 43-38, 13x22; 21. 34-30,
Belangrijk
is dat 37-32 is verhinderd door een eenvoudig damzetje. 21
,
6-11; 22. 37-32, 11-16; 23. 32x21, 16x27; 24. 41-37, 7-11; 25. 37-32,
11-16; 26. 32x21, 16x27; 27. 42-37,
Wit
lijkt ondanks alles nog ergens te komen, maar zwart heeft een verrassing
in petto. 27 , 27-31!; 28. 36x18, 9-13; 29. 18x9, 20-25; 30. 9x20, 25x34; 31. 40x29, 15x31; en wit gaf het op. Origineel? Nee, want het hele partijverloop is al vele malen op het bord gekomen, onder andere in twee partijen van de Friese dammer Piet Bouma. In elk geval legde Roel Boomstra met deze belangrijke zege de basis voor de wereldtitel. Feroz
Amirkan won de combinatieprijs met het volgende fragment. Zie diagram. Wit: Feroz Amirkan Zwart: Ganbold Gerelbold
Zie
diagram. De Mongoliλr speelde een oudere vertakking van de `Keller` en
Amirkan kon niet anders dan daarin meegaan. Hij deed er zelfs nog een
schepje bovenop door op de vorige zet 35-30?! te spelen in plaats van het
logische 24-20. 16.
49-44?!,
Wit verbrandt alle
schepen achter zich. Op (14-19?) volgt nu 24-20, 29-23 en 34x5 en op
(14-20?) wint 24-19, 29-24, 34x21, 33-28 en 31x2. Maar de jonge Aziaat
rook bloed. 18.
43-38!,
Zo dus. Nu volgt op
(17-21) 26x17 (12x43) 37-32! (28x26) 33-28 (22x33) 29x49 (20x29) 34x1 met
winst. Maar de zwartspeler was bepaald nog niet uitgeteld. 18
28-32!;
19. 37x28, 17-21; Ja, en nu wit
weer. Amirkan dacht drie kwartier na en vond een prachtige oplossing. 20.
28x17!, 21x43; 21. 42-38! 43x32 gedwongen; 22. 24-19!, 13x35; 23.
26-21, 11x22 gedwongen; 24. 33-28, 22x24; 25. 39-33, 16x27; 26.
31x11, 6x17; 27. 33-28, 32x23; 28. 34-30, 25x34; 29. 40x7,
maar tot
verdriet van het Nederlandse kamp wist wit de partij, na deze prachtige
dubbelcombinatie, niet te winnen. De stand is analytisch ook remise. |