Friese zeskamp in teken vernieuwing

Eric van Dusseldorp

Het jubileumtoernooi van de 75-jarige Provinciale Friese Dambond, dat zo overtuigend gewonnen werd door de Senegalees N’Diaga Samb, stond min of meer in het teken van vernieuwingen in de damsport. Het plaatsingstoernooi voor de finale was georganiseerd volgens de ‘knock-out formule’ met ‘sneldampartijen’ bij een eventuele barrage. De finale zelf, een zeskamp met de overlevers van de voorronde, kende de ‘driepuntenoverwinning’ en een ‘versneld speeltempo’, anderhalf uur per persoon per partij.
Wellicht had het aanbeveling verdiend om in de finalegroep ook de regel in te voeren die het, op straffe van een 0-0 uitslag, verbiedt om remise overeen te komen voor de veertigste of zelfs de vijftigste zet. Nu werd er in enkele partijen nauwelijks serieus gedamd.
Al met al toch een uitstekend toernooi dat navolging verdient.
Enkele fragmenten.

Zwart: Tj. Goedemoed – Wit: A. Scholma

 

In de diagramstand hoopte Goedemoed op 37-32, een zet die niet onlogisch is omdat zwart geen lekker tempo heeft om de twee-om-twee terug te nemen.
Zwart kan nu een verrassende combinatie met varianten nemen: (24-29?) 33x24?a (22-28) 31x33 (23-29) 34x23 (19x46).
a32x21! (23-28) 34x32 (22-27) 31x22 (17x46) maar deze dam wordt met 33-28 etc. met gelijk spel afgepakt.
Na 37-32, vanuit de diagramstand, is nog een tweede, eveneens verrassende damzet mogelijk die wèl wint: (22-28!!) 32x21 (28-32!) 38x27 (23-29) 34x23 (18x38) 43x32 (12-18) 21x23 (19x46) 30x19 (13x24).
Auke Scholma liet zich, zoals het een grootmeester betaamt, door dit slaggeweld niet verrassen, speelde 18. 34-29 en won later de partij.

Ex-wereldkampioen Gunthis Valneris was niet geweldig op dreef in de finalegroep: naast remises tegen Samb en Scholma werd ook van de Friese subtoppers Gabriël Heerema en de verrassend acterende Foeke Tiemensma niet gewonnen. Het enige drietje kwam tot stand tegen hekkensluiter Tjalling Goedemoed, die een dubbele dreiging over het hoofd zag.

Zwart: G. Valneris – Wit: Tj. Goedemoed

 

1. 32-28, 17-22; 2. 28x17, 12x21; 3. 37-32, 7-12; 4. 34-29, 19-23; 5. 41-37, 23x34; 6. 40x29, 21-26; 7. 45-40, 1-7; 8. 39-34, 14-19; 9. 43-39, 10-14; 10. 49-43, 5-10; 11. 50-45, 20-24; 12. 29x20, 15x24; 13. 34-29, 14-20; 14. 29-23, 18x29; 15. 35-30, 24x35; 16. 33x15, 12-18; 17. 32-28, 7-12; 18. 37-32, 26x37; 19. 42x31, 9-14; 20. 39-33, 3-9; 21. 46-41, 16-21; 22. 41-37, 21-26; 23. 47-42, 11-17; 24. 31-27, 6-11; 25. 37-31, 26x37; 26. 32x41?, . . .

 

De Letse grootmeester forceert nu de winst:
26 . . ., 18-23!; 27. 38-32, 13-18!; Nu kan wit (14-20) en altijd dam op 46 of 50 niet pareren. Op 33-29 (23x34) 40x29 wint zwart door (19-23) een schijf. De witspeler liet zich een ander niet meer bewijzen en gaf het op.

De oplossing van het vraagstuk van lezer Rens de Jong

 

luidt als volgt: 31, 23, 43, 40, 30, 21, 3, 5. Heel mooie slagen, maar het slot is naar de huidige maatstaven niet scherp.

De redactie ontving van Oekraïner Iwan Iwatsko een tiental ongepubliceerde composities. Iwatsko maakt aardig werk, maar behoort ook in zijn eigen land niet tot de top. Een compositie als: zwart: 1, 9, 17, 18, 26, 27, 31, 36, 44 / wit: 7, 24, 25, 28, 29, 33, 37, 42, 46 met als oplossing 22, 23, 3, 35 [40? 41=] (43) 49 (48), 41, 36, 27 tot en met 4 is wel leuk, maar evenals bij het vraagstuk van Rens de Jong is het slot (in dit geval de slotslag) niet scherp.
Het vraagstuk afgebeeld op het laatste diagram voldoet daarentegen wèl aan alle Scherpe Regels. Wit begint en wint.

 

Terug naar damrubrieken