Meijer op het verkeerde been

Eric van Dusseldorp

 

Wieger Wesselink heeft het internationale invitatietoernooi ‘Tallinn 2002’ op zijn naam geschreven. De Eindhovenaar, die het toernooi uitstekend begon (zie de rubriek van vorige week), wist zijn voorsprong vrij gemakkelijk vast te houden. Toppers als Güntis Valneris en Anatoli Gantwarg eindigden op 1 respectievelijk 2 punten achterstand. Verrassing van het toernooi was Robert Misans. Mede door een zege op Gantwarg wist de jonge Let beslag te leggen op een gedeelde derde plaats. Hein Meijer viel na een goede start wat terug door een nederlaag tegen Valneris en eindigde op een gedeelde vijfde plek.

In de zesde ronde trof Wesselink de bijna onverslaanbare Oekraïner Igor Kirzner, die in de stand van diagram 1 toch moeilijk vermoed kan hebben, dat hij dit duel wel eens zou kunnen gaan verliezen.

 

Dit soort standjes kabbelen immers in 99 van de 100 gevallen gewoon remise. Toch is het in deze partij snel voorbij: 41. 31-26, 11-17; 42. 48-43, 1-7; 43. 27-22, 18x27, 44. 32x21, 23x32; 45. 38x27, 13-18??;

Een blunder op dit niveau en eigenlijk dubbel fout: de mooiste manier om te winnen is nu het dubbeloffer 27-22 (18x16) 34-29 maar de Nederlander koos voor een zakelijker benadering en speelde gewoon 46. 46. 34-29, . . . Na 46 . . ., 24-30; 47. 27-22, 18x16; 48. 29-23, 19x28; 49. 33x2 gaf zwart het op.

De nederlaag van Meijer in beeld. Als de Amsterdammer een aanval in handen heeft, is hij een van de sterkste dammers ter wereld. Sommige naïeve spelers proberen tegen hem nog wel eens een ‘mooie omsingeling’ op het bord te krijgen, maar komen dan steevast van een koude kermis thuis. Valneris geeft hem die kans niet en zet hem met handig spel op het verkeerde been.

Zwart: G. Valneris – Wit: H. Meijer

1. 32-28, 17-22; 2. 28x17, 12x21; 3. 31-27, 21x32; 4. 38x27, 7-12; 5. 37-32, 1-7; 6. 36-31, 19-23; 7. 41-37, 11-17; 8. 46-41, 14-19; 9. 42-38, 17-22; 10. 34-29, 23x34; 11. 39x30, 19-23; 12. 44-39, 10-14; 13. 50-44, 14-19; 14. 30-25, 22-28; 15. 25x14, 9x20; 16. 33x22, 16-21; 17. 27x16, 18x36;

Een opgedrongen randschijf op 36 zien we eigenlijk te weinig in duels tussen grootmeesters. Het is opmerkelijk hoeveel partijen met dit stellingskenmerk er in een beslissing eindigen. Een van de redenen is, dat de binding 36/47 meestal tot het eind blijft staan en dat een 1-om-3 dammeneindspel, gecombineerd met deze oppositie, gewonnen is, zelfs al heeft de meerderheidspartij de lange lijn niet.

18. 35-30, 5-10; 39-33, 10-14; 20. 44-39, 12-18; 21. 32-27, 8-12; 22. 37-32, 12-17; 23. 41-37, 17-21; 24. 33-28, 20-24; 25. 30-25, 2-8; 26. 38-33, 8-12; 27. 43-38, 4-9; 28. 40-34, . . . Beter lijkt 40-35 met meer flexibele mogelijkheden. 28 . . ., 21-26; 29. 48-43, 14-20; 30. 25x14, 9x20; Zie diagram 2

 

31. 28-22, . . . Na deze zet is het natuurlijk "vrouwen en kinderen eerst!" maar het is begrijpelijk dat de Nederlander 45-40 niet ziet zitten vanwege (24-29) 33x24 (19x30) 28x17 (7-11 -dit is beter dan het meer voor de hand liggende 6-11- ) 34x14 (11x35) met schijfverlies. 31 . . ., 20-25; 32. 45-40, 24-30; 33. 33-28, . . . De beslissende fout in slechte stand. 33. . ., 19-24; 34. 28x17, 30-35 en de witspeler liet zich de rest niet meer bewijzen en gaf het op.

Talent Robert Misans verloor zijn enige partij in de vierde ronde door een eenvoudige combinatie. Zie diagram 3.

 

Zwart: R. Misans – Wit: K. Leesmann

Er volgde 34 . . ., 13-19??; 35. 27-21, 17x48; 36. 39-34, 48x30; 37. 35x2, 23-28; 38. 2-30, 18-23; 39. 40-34, 12-18; 40. 50-45, 28-33; 41. 38x29, 22-28; 42. 30-35, 16-21; 43. 35-49, 21-26; 44. 45-40, 14-19; 45. 25x14, 19x10; 46. 40-35, 10-14; 47. 49-27, 28-32; 48. 27x25, 32-38; 49. 29x18, 38-43; 50. 25-14, 43-49; 51. 14-37, 15-20; 52. 18-13, 49-16; 53. 13-9, 16-7; 54. 9-3, 7x45; 55. 3x25 en wit won.

Terug naar damrubrieken