door
Eric van Dusseldorp Een
goed begin is het halve werk. Dat is nog steeds een waarheid als een koe.
Dammers die regelmatig in `Zwitserse` toernooien meespelen weten dat het
om meerdere redenen handig is om direct al met een rijtje overwinningen
van start te gaan. Natuurlijk, het helpt sowieso dat de punten dan alvast
binnen zijn, maar wie na zo’n drie of vier rondes (bijna) bovenaan staat
ontloopt in veel gevallen ook nog een tijdje zijn directe concurrenten.
Dikwijls zijn het juist tijdelijk omhooggevallen spelers die vooralsnog op
het programma staan. Dat komt door de werking van het Zwitsers systeem:
sta je bovenaan, dan word je in de volgende ronde in principe gekoppeld
aan een speler die laag staat in een puntengroep. En dat is meestal iemand
die niet zo sterk is, maar `toevallig` wel goed heeft gescoord. Gelukkig
gaat het niet altijd zo. Tijdens het Europees kampioenschap voor junioren
in de Oekraïense stad Dneprodzerzhink begon titelkandidaat Wouter Sipma
maar matig. In de eerste ronde trof hij de nog ratingloze Nikolay Bukin
uit Rusland en kwam niet verder dan remise. Vervolgens stond de
Wit-Russische jeugdspeler Fiodor Bakach op het programma. Deze had voor
het toernooi een rating van slechts 1904, ruim 300 punten minder dan Sipma.
Toch wist de Drent de partij niet te winnen. Normaal
is een toernooi dan behoorlijk verknald, ten minste als je voor de eerste
plaats had willen gaan. Maar Wouter Sipma kwam na een overwinning in de
derde ronde goed op stoom, stond nog maar één verliespunt toe en werd
onbedreigd Europees juniorenkampioen. Wit: F. Bakach – Zwart: W. Sipma
Zie
diagram. Het stroeve begin in beeld. Wit staat uitstekend en zwart moet
rekening houden met de opstoot 23-18. Op dit moment is die nog niet
kansrijk vanwege de 2-om-2 door (16-21). 40.
38-33?,… Deze zet ligt voor de
hand, maar gewoon doorspelen met 27-22 of de terugruil 44-40 en 34-30
geeft aardige kansen voor wit. In de partij moet zwart aan de noodrem
trekken en doet dat ook. Wit: K. van Amerongen – Zwart: W. Sipma
Zie
diagram. Ook in dit fragment gaat niet de latere Europees kampioen, maar
de witspeler aan de leiding. 42. 31-26?, 30-35; 43. 32-27, 4-9; 44.
50-45, 14-20; 45. 15x24, 19x30; 46. 44-40, 35x44; 47. 39x50, 9-14; 48.
50-44, 14-20; 49. 44-39?,… Een blunder in tijdnood, die de partij
beslist. Maar erg lekker staat wit inmiddels niet meer. 49…,
17-21!; 50. 26x19, 20-24; 51. 29x20, 25x41; 52. 33-28, 41-47; 53. 27-21,
47-24; Wit geeft het op. Keren
we terug naar de diagramstand. Wit miste een zeer goede winstkans, maar
het type positie dat op het bord komt, zie je zelden in de praktijk en met
weinig bedenktijd is het moeilijk om alles uit te rekenen. Wit kan
wellicht winnen door 29-24 (30-35) 24-20 (4-9) 31-27 (11-16, want na
(18-23) 39-34 (12-18) 37-31 (11-16) 31-26 loopt zwart vast) 37-31 (18-23,
want op (17-21) wint 28-22, bijv. (21-26) 22-17!) 39-34, dreigt met 15-10
gevolgd door 33-29, dus dan maar (23-29) 34x23 (13-18, want het
overmachtseindspel na (16-21) etc. verliest) 33-29 (19-24) 50-45 (24x22)
15-10 de beste kans (14x5) 20-15 (18x29) 27x7 met kansrijke doorbraak, al
is het analytisch misschien nog net remise. Oplossing
vorige opgave (J. Bus: wit:
6, 16, 20, 24, 27, 29, 32, 36, 43, 49 / zwart: 1, 7, 13, 17, 18, 19, 30,
35, 38): Winst door 20-14 (19x10)
36-31 (30x19) 27-21 (17x28) 43x5 (13-19) 5x12 (7x18) 29-23! (18x29) 16-11 (29-33A) 11-7
(1x12) 6-1 (12-17) 1-6 (17-21) 6x50! (21-27) 49-44 (27-31) 44-40 (35x44)
50x36. A(35-40) 11-7 (1x12) 6-1 (40-44/45) 1x40 en
oppositie. De nieuwe opgave is van P.Kuijper. Zie diagram. Wit begint en wint.
|